Het elektriciteitssysteem ondergaat ingrijpende veranderingen door het grotere aandeel hernieuwbare energieproductie en de sterke toename van de internationale elektriciteitsstromen. Deze veranderingen maken deel uit van de energietransitie en zetten ons ertoe aan om de configuratie van ons Belgische hoogspanningsnet te herbekijken, te herconfigureren en te wijzigen. Het federaal ontwikkelingsplan 2020-2030 identificeert de noden aan transmissiecapaciteit van de netten van 110 tot 380 kV voor de periode tussen 2020 en 2030 en beschrijft een gepast investeringsprogramma om op die noden in te spelen.
In 2015 engageerde Europa zich om de uitstoot van broeikasgassen tegen 2050 met meer dan 80% terug te dringen (COP21). Zo maakt conventionele productie geleidelijk plaats voor hernieuwbare energieproductie. We zien dus de opkomst van productie-eenheden die verder verwijderd liggen van de verbruikerscentra. We gaan de energie halen waar ze geproduceerd wordt en vaak komt deze energie ook uit het buitenland. Om op die veranderingen in te spelen, moeten wij het elektriciteitsnet verder ontwikkelen. Voor de ontwikkeling van ons net streven wij ernaar om de bouw van nieuwe infrastructuur zoveel mogelijk te beperken en de bestaande infrastructuur te optimaliseren. We betrekken de buurtbewoners van onze bouwprojecten tijdens overlegmomenten en respecteren de lokale biodiversiteit.
De energietransitie is niet mogelijk zonder een betrouwbaar, duurzaam en betaalbaar elektriciteitssysteem. Elia wil haar 380 kV-transmissienet versterken en focust zich op 3 belangrijke werkpunten: de versterking van het Belgische net, de integratie van extra offshore windproductie en de verdere ontwikkeling van de interconnecties.
Het ontwikkelingsplan stelt ook voor om de transmissienetten 110kV, 150kV en 220kV te versterken. Op deze netten zijn de grote industriële verbruikers en middelgrote centrale productie-eenheden aangesloten. Elia plant de versterking en uitbreiding van deze netten om de bevoorradingszekerheid te verhogen en meer hernieuwbare productie te kunnen aansluiten. Elia plant ook projecten om de structuur van de 110 tot 220 kV-netten te wijzigen en verouderde installaties te vernieuwen, zodat ze de toename van de energiestromen aankunnen.
Voor de ontwikkeling van het Brusselse net wordt vooral de vervanging en versterking voorgesteld van de onderstations 36kV en 150kV, de transformatoren 150/36 kV en de kabels 36kV.
Het elektriciteitsnet van Waals-Brabant bestaat vooral uit 36kV-kabels en telt slechts enkele bovengrondse lijnen. De 36kV-kabels van dit net worden gevoed vanuit de 150kV-netten van de regio’s Brussel en Henegouwen. De verouderde infrastructuur, de bevolkingsgroei en de economische activiteiten zijn belangrijke uitdagingen voor het Waals-Brabantse net. Daarom moet zijn structuur worden herzien en moeten kleine onderstations worden gegroepeerd tot krachtige en centrale onderstations.
In de provincie Henegouwen moet het elektriciteitsnet worden versterkt en de structuur gewijzigd om op de energiebehoeften te kunnen inspelen. Deze wijzigingen komen er om aan het sterk veranderd energieverbruik te kunnen voldoen, de decentrale hernieuwbare energieproductie te integreren en verouderde apparatuur te vervangen.
In de provincie Luik ligt er een heel dicht en verouderd net. Er zijn dus een aantal installaties in deze regio die het einde van hun levensduur hebben bereikt. Het Luikse net teltlijnen en –onderstations op 70kVDe noden in de regio zijn ook sterk toegenomen door de exponentiële groei van de luchthaven van Luik, de ontwikkeling van de Trilogiport, de bouw van het ziekenhuis CHC en het toenemend aantal economische activiteitenparken. Om aan de ontwikkeling van de regio tegemoet te komen, moet Elia het huidige Luikse net uiteraard versterken, vernieuwen en verder ontwikkelen.
Het net in deze redelijk dun bevolkte en uitgestrekte regio bestaat uit kleine onderstations die onderling verbonden zijn door lange 70kV-verbindingen.
Het Luxemburgse net is echter aan het verouderen en moet meer hernieuwbare energie kunnen integreren. Om dat te realiseren, moet het Luxemburgse net worden omgeschakeld naar 110kV. Deze omschakeling zal worden afgestemd op de vervangings- en versterkingsnoden zodat de bevoorradingszekerheid van de regio verbetert en de lokale productie van groene energie kan worden aangesloten.
De provincie Namen is uitgestrekt en dun bevolkt. Daarom volstond voor deze regio tot nu toe een niet zo niet zo krachtig net met kleine onderstations en lange verbindingen. Nu is dit net aan het verouderen en moet er alsmaar meer hernieuwbare energie op het net worden aangesloten. Aangezien het net van de provincie Namen voor een spanningsniveau van 70kV is ontwikkeld, moet het worden omgebouwd naar 110 kV. Het Naamse net zal stapsgewijs losgekoppeld worden van de omliggende zones, meer bepaald van de zone Henegouwen die naar 150kV evolueert en van de zone Luik die naar 150-220 kV evolueert.
Door de komst van grote hoeveelheden decentrale productie (windmolens en WKK-eenheden) die via het Antwerpse net stromen en door het stijgend verbruik in de Antwerpse regio moet de structuur van het Antwerpse net worden aangepast. Het Antwerpse net is oorspronkelijk een 70 kV-net, dat nu naar 150 kV moet worden omgebouwd. Ook bepaalde installaties, lijnen en ondergrondse kabels zijn verouderd en aan vervanging toe.
Het elektriciteitsnet van Vlaams-Brabant moet worden versterkt. Het 70 kV-net wordt omgebouwd naar 150 kV. Dat betekent dat het bestaande 150 kV-net in Vlaams-Brabant zal worden versterkt. Er zijn werken voorzien in de regio Leuven om de overbelasting op het 70kV-net weg te nemen. In de streek tussen Tienen en Sint-Truiden zullen bepaalde elektrische installaties worden vervangen.
Aan de Belgische kust neemt het aantal decentrale productie-eenheden toe, bijvoorbeeld in de haven van Zeebrugge en langs de snelwegen. Het net in deze regio moet worden aangepast om aan de groeiende aansluitingscapaciteit tegemoet te kunnen komen. Om de bevoorradingszekerheid in de regio veilig te stellen en alsmaar meer hernieuwbare energie te kunnen integreren, zullen in het zuiden van West-Vlaanderen de 70 kV-installaties versterkt en omgebouwd worden naar een hogere spanning en zal de oudere infrastructuur worden vervangen. Deze projecten zijn nodig om de risico’s op netcongesties te voorkomen. De congesties zijn het gevolg van de stromen die worden gegenereerd door de grote vermogensuitwisselingen op het 380kV-net. Het lokale 150kV-net moet op zijn beurt ook worden afgestemd op het Stevin-project en mogelijkheden tot synergie bieden met het Kustlus-project.
In de provincie Oost-Vlaanderen neemt het aantal industriezones en decentrale productie-eenheden sterk toe, vooral in de Gentse Haven en in de regio rond Eeklo en Aalter. Het elektriciteitsnet in Oost-Vlaanderen zal dan ook op bepaalde plaatsen moeten worden versterkt.
Ook de vervanging van lijnen en transformatoren is nodig. Het 70kV-net in Dendermonde wordt omgeschakeld naar 150kV. Er zullen in Oost-Vlaanderen zoals in West-Vlaanderen projecten worden uitgevoerd die de risico’s op congestie voorkomen die het gevolg zijn van de grote stromen die de grote vermogensuitwisselingen op het 380kV-net genereren. Ook het lokale 150 kV-net zal in Oost-Vlaanderen op het Stevin-project moeten worden afgestemd en zal een synergie mogelijk moeten maken met het Kustlus-project.
In het oosten van de provincie Limburg moeten verschillende lijnen worden versterkt. In de Limburgse Kempen moet het net verder ontwikkeld worden om de bevoorradingszekerheid te vrijwaren. Door de inplanting van decentrale eenheden die hernieuwbare energie produceren moet het net vooral in en rond Tessenderlo aanzienlijk worden aangepast.
In het zuiden van Limburg zullen heel wat lijnen die het einde van hun levensduur hebben bereikt, moeten vervangen worden. Er zijn belangrijke vervangingsprojecten voorzien in verschillende onderstations.
Het Federale Ontwikkelingsplan (FOP) werd onderworpen aan een “Strategische Milieubeoordeling” (SMB), in overeenstemming met de Europese richtlijn inzake milieueffectenrapportage.
De realisatie van deze studie werd voorafgegaan door het opstellen van een ontwerp van register waarin de reikwijdte en de inhoud van de beoordeling werden bepaald. Na de goedkeuring van dit register door een federaal adviescomité kon de milieueffectenstudie worden voltooid.
Deze studie begeleidt vanuit milieuoogpunt het ontwikkelingsplan en de voornaamste projecten tot en met hun implementatie.
Als u het volledige federale ontwikkelingsplan van Elia 2020-2030 wilt downloaden of als u vragen hebt over dit plan, kunt u rechtstreeks op de onderstaande links klikken.
Dit plan werd tussen 15 oktober en 15 december aan het publiek voorgelegd.
Voor meer informatie over het federale ontwikkelingsplan van Elia, kunt u contact met ons opnemen op het volgende e-mailadres :